MENSEN VAN VREDE

Marcus 3: 13-19

 
vrede1
 Lieve mensen, in een paar zinnen kan heel wat gezegd worden, kan eigenlijk een hele wereld opgeroepen worden ! Laten we maar eens luisteren aan het begin van de zomer naar de woorden van Marcus. Hij laat Jezus de berg op gaan en tot zich roepen wie Hij wil. Als je dat zo zegt en bovendien de geroepenen ook direct komen, wil dat aangeven dat er met groot gezag gesproken wordt. Wie wat meer thuis is in de Schriften hoort in die paar zinnen een heleboel meeklinken en dat is nou juist de bedoeling van de schrijver. Zonder twijfel heeft Marcus de situatie van het volk in de woestijn in gedachten en daarbij de figuur van Mozes. Die wordt ook door God op de berg geroepen om te horen hoe hij leiding moet geven aan het volk. Hij ontvangt daar van God de tien woorden, vol van belofte die het perspectief moeten openen van een rechtvaardig omgaan van mensen  met elkaar. Jezus is de mens die geladen is met de kracht van God, die mensen bij name roept en aanspreekt ! Het is dan boeiend om te horen dat er twaalf geroepen worden ! Wat wil dat anders zeggen dan dat in Jezus zich het nieuwe Israël, het nieuwe volk van God gaat vormen?
Hij zelf is daarvan het middelpunt, het fundament , want de leerlingen worden geroepen om op de eerste plaats “met Hem te zijn” en vervolgens om door Hem gezonden te worden en het woord te verkondigen aan allen die het willen horen die er voor open staan. De gemeenschap die wij kerk noemen zal, in navolging van de leerlingen, gedurig dienen te luisteren naar haar Heer die met groot gezag mensen roept. Zij vervolgens moeten toeven bij Zijn woorden en van daaruit spreken. Het zijn niet haar woorden, maar die van haar Heer. Anders gezegd: een kerk die niet het woord dient, maar er zich van bedient om mensen te zeggen wat zij zelf heeft bedacht, is het niet waard om kerk van Christus te heten. In de kerkgemeenschap zal voortdurend de plaats van die ware Herder en Leraar open gehouden  moeten worden. Zo op die manier worden wij volk van God en mensen van Vrede.